Inloggen

Bosakkerbouw heeft toekomst

 

Als lector voert Walter van der Kooij, samen met zijn kenniskring, praktijkonderzoek uit op Aeres Farms in Dronten. Ze richten zich op de nieuwste ontwikkelingen om zo de agrarische sector vooruit te helpen. Dat is hard nodig, want de gevolgen van klimaatverandering worden steeds duidelijker.

 

Eén van de thema’s waar wij ons momenteel mee bezighouden, is agroforestry en dan met name het aanplanten van bomen. Toen enkele jaren geleden de eerste berichten daarover in de pers kwamen, werd onze bedrijfsleider uitgemaakt voor ‘boswachter’ en dat vond hij toen een belediging.

 

De afgelopen tijd neemt de belangstelling voor agroforestry echter toe. Er is veel meer informatie over beschikbaar en er zijn ook steeds meer agrariërs die het oppakken. We gaan op Aeres Farms ook op 3.000 m2 bomen aanplanten. Volgens mij terecht!

 

In dit artikel beperk ik mij tot de effecten van het aanplanten van bomen op landbouwbedrijven. De voordelen zijn legio. De vochthuishouding verbetert, evenals het organische stofgehalte van de bodem, bomen helpen windschade te verminderen, ze produceren voedsel en schaduw voor koeien en paarden, en trekken natuurlijke plaagbestrijders aan.

 

Daarnaast zijn er maatschappelijke baten, zoals een aantrekkelijker landschap, meer biodiversiteit, het afvangen van fijnstof en stikstof, en natuurlijk het vastleggen van koolstof in hout. Er zijn ook nadelen voor de bedrijfsvoering. De inrichting moet goed worden afgestemd op het gebruik van machines en door schaduw zullen de opbrengsten vlak naast de bomen afnemen. Daar staat tegenover dat er op enige afstand van de bomen juist meer opbrengst gerealiseerd wordt, tot wel 20 procent.

 

Paulowniabomen

Ik maak nu nog een stap. Naast bovengenoemde voor- en nadelen kun je met bomen ook inkomsten genereren. Op Aeres Farms gaan we paulowniabomen aanplanten als akkerbouwgewas. Ze worden in rijen aangeplant en de eerste jaren worden ze bevochtigd door middel van druppelirrigatie.

 

Paulownias hebben de volgende voordelen:

•             Het zijn zeer snelgroeiende bomen. Na acht jaar kunnen ze al geoogst worden. Dat kan interessante inkomsten door houtverkoop opleveren.

•             Na de oogst lopen ze opnieuw uit voor een volgende cyclus.

•             Het hout van de paulownia is licht, duurzaam en resistent tegen kromtrekken. Het is geschikt voor meubels, muziekinstrumenten en botenbouw, en lijkt daarnaast aantrekkelijk voor kozijnen. Er wordt onderzocht of de vezels gebruikt kunnen worden als vervanger van beton.

•             Paulownias kunnen grote hoeveelheden CO2 opnemen: per hectare drie keer zoveel als populieren. Dat is natuurlijk zeer interessant voor de bestrijding van klimaatverandering. Ook dit kan inkomsten opleveren door de verkoop van carbon credits.

•             Paulowniabomen kunnen heel goed tegen droogte en arme bodems.

 

Er zijn ook nadelen:

•             Het is een exotische, invasieve plant. Dat geldt echter alleen voor de oorspronkelijke boom. Intussen zijn er variëteiten op de markt, die niet meer bloeien en zich dus ook niet kunnen verspreiden. Dat is ook bevorderlijk voor de houtproductie.

•             Een paulownia-akker draagt niet bij aan verhoging van de biodiversiteit. Het betreft één en ook nog een exotische soort. Dat kan een beetje worden goedgemaakt door kruidenrijke onderbegroeiing.

•             Hoewel de boom sterk is, kan hij gevoelig zijn voor bepaalde schimmels en plagen, vooral in monoculturen.

•             In koude klimaten kan de boom kwetsbaar zijn voor vorstschade. In Nederland wordt hij in het voorjaar aangeplant, zodat de boom voldoende robuust is om de winter door te komen.

 

Toetsen

Waarom gaan we ze aanplanten op Aeres Farms? Allereerst om ervaring op te doen en te toetsen of bovengenoemde voor- en nadelen tot uiting komen in Flevoland. Theoretisch zou het saldo 9.000 euro per hectare per jaar kunnen zijn door de jaarlijkse verkoop van carbon credits en eenmalige houtopbrengst. Maar dat lijkt ons bijna te mooi om waar te zijn, dus dat gaan we toetsen. In ons geval betreft het maar 3.000 m2, en dat is minder rendabel, maar we willen ervaring opdoen. Onze ervaringen kunnen we vervolgens delen met onze studenten en natuurlijk met andere agrariërs in de polder.

 

We doen dit project niet alleen, maar in het kader van een landelijk project, samen met Hogeschool Van Hall Larenstein. Dit project heet Hoogwaardig Houtgebruik en wordt medegefinancierd door het Ministerie van LVVN. Hogeschool Van Hall Larenstein heeft veel contacten met de hout- en houtverwerkingsindustrie en dat is van belang om te onderzoeken in hoeverre paulowniahout en andere soorten Nederlands loofhout interessant is voor de woningbouw.

 

Koolstofopslag in bomen wordt pas interessant als het hout langdurig gebruikt gaat worden. De kortste keten is om het hout als brandstof te gebruiken in biomassacentrales of in houtkachels. Daarmee wordt wel bespaard op de uitstoot van gas, maar het er is maar beperkt koolstof opgeslagen. Gebruik van hout in gebouwen kan de koolstof voor langere tijd uit de atmosfeer halen en dus het meeste bijdragen aan het terugdringen van klimaatverandering.

 

Biobased bouwen

En dat brengt mij tenslotte op de bouw. Het gebruik van paulowniahout valt in de categorie biobased bouwen. Bij die bouwtechniek wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van natuurlijke, hernieuwbare bronnen. Biobased materialen nemen tijdens hun groeiproces CO2 op en zijn vaak biologisch afbreekbaar. Daardoor kunnen ze makkelijker gerecycled worden.

 

De overheid zet zwaar in op de ontwikkeling en opschaling van biobased bouwen. Het doel is dat in 2030 minimaal 30 procent van de nieuwbouwwoningen en andere gebouwen met minimaal 30 procent biobased materialen worden gerealiseerd. Er is nog een lange weg te gaan, want het vraagt flinke aanpassingen van de bouwsector. In het project Hoogwaardig Houtgebruik participeren veel partijen uit de houtverwerkende industrie en dat geeft mogelijkheden om van elkaar te leren en dit proces te versnellen.

 

Naast aanpassingen in de bouwsector moet ook de aanvoer van Nederlands loofhout opgeschaald worden. Daarbij kan de landbouw een belangrijke rol spelen. Hoe mooi zou het zijn als agrariërs bomen gaan aanplanten die bijdragen aan het terugdringen van klimaatverandering, een positief effect hebben op de omgeving op bedrijfs- en regionaal niveau, en tegelijkertijd een mooie inkomstenbron zijn. Misschien zijn bomen wel het gewas van de toekomst. Laten we inzetten op bos(akker)bouw!

 

Wolter van der Kooij

Lector Agrarisch Waterbeheer bij Aeres Hogeschool Dronten


Dit artikel is eerder verschenen in Verbinding #2025-01. Verbinding is het informatiemagazine van Christen Contact Agrarisch (CCA) en CGMV agrariërs.